Op de laatste dag van de Golfoorlog, 27 februari 1991, wordt in Tunis de 40-jarige topdiplomaat Jan Willem Bouman doodgeschoten. Ruim twintig jaar later is deze moord nog steeds niet opgelost, tot grote woede van zijn vroegere collega Fiona Duijnwyck, die als een van de eersten op de plek van de moord aanwezig was. Dan ontvangt Fiona een mysterieus telefoontje van de brute Tunesische oud-minister Abdallah Ben Yaya met een tip over de moord. Hij belt niet uit Tunesië, maar vanuit een uitzetcentrum voor asielzoekers in Groningen. Wanneer Fiona hem bezoekt, wordt hij vermoord en zijzelf beschoten. Ondanks haar angst besluit ze terug te gaan naar het levensgevaarlijke en geradicaliseerde Noord-Afrika.
Ze weet niet waar ze aan begint…
Fiona Duijnwyck, oud-collega van de vermoorde diplomaat Jan Willem Bouman in Tunis, leidt in Nederland een heerlijk onbezorgd leventje. Als freelance journalist voor ‘Het Handelsblad’ en erelid van de plaatselijke golfclub weet ze haar dagen te vullen.
Tot het moment dat ze een telefoontje krijgt van de Tunesische oud-minister Ben Yaya, de beul van Tunis. Hij schijnt een tip te hebben over de moord op Bouman, die ruim twintig jaar geleden plaatsvond. Ze droeg Jan Willem een warm hart toe. Omdat Ben Yaya in een asielzoekerscentrum in Groningen zit, besluit ze erheen te rijden. Voordat ze erachter komt wat Ben Yaya haar wil vertellen, wordt hij vermoord. Fiona wordt ook beschoten, maar kan ongedeerd wegkomen.
Ze is wel heel erg nieuwsgierig geworden naar de dader van de onopgeloste moord en reist af naar Tunesië. Daar valt ze van het ene avontuur in het andere, vaak met gevaar voor eigen leven.
Komt ze tenslotte achter de ware toedracht van de moord? Wat heeft zich twintig jaar geleden bij de ambassade in Tunesië afgespeeld?
Een prachtige cover siert deze thriller, het gezicht van Fiona, met daarin verwerkt een typisch landschap in Tunis. Een cover die opvalt en aanspreekt.
Het verhaal begint met de dagelijkse beslommeringen van de nogal bekakte en verwende Fiona, nazaat van een rijke familie van ambassadeurs. Je leert haar als hoofdpersonage goed kennen.
De auteur heeft een prettige schrijfstijl en voorziet de lezer van veel informatie. Weliswaar gedoseerd en met een goede spanningsopbouw. Vooral in de hoofdstukken van Tunesië loopt de spanning hoog op. Erg goed zijn de hoofdstukken die ‘Intermezzo’s’ genoemd worden en verteld worden vanuit het perspectief van de ‘dader’.
Vol bewondering las ik het verhaal over een vrouw die in haar eentje afreist naar een land waar vrouwen zwaar ondergeschikt zijn aan mannen, ook nog eens met een gevaarlijke missie. Met gevaar voor eigen leven staat ze bloot aan een golf van gewelddadigheden, waarin ze soms ternauwernood aan de dood ontsnapt. Die moed en kracht had ik haar niet toegeschreven na haar introductie als ijdele, hooghartige dame.
Tunis is een realistische thriller, gebaseerd op de waargebeurde moord op diplomaat Robert Jan Akkerman. Hij was de ’tweede man’ op de Nederlandse ambassade in Tunis. De rest van het verhaal is ontsproten uit de fantasie van René van Rijckevorsel.
Ik heb ervan genoten en kijk uit naar zijn volgende boek.
René van Rijckevorsel (1961) schreef zijn eerste roman Tunis naast zijn werkzaamheden bij Elsevier, waar hij in de hoofdredactie zit. Eerder publiceerde hij Verre Vrienden. Brieven tussen twee werelden (met Rik Kuethe; uitgeverij Thomas Rap, 1998) en Taalamuses. 126 woorden van het goede leven (Elsevier Boeken, 2013). René studeerde in de jaren tachtig Nederlandse taal- en letterkunde aan de Universiteit Utrecht. Hij werkt sinds 1994 voor Elsevier. In de jaren 1990 en 1991 woonde hij met zijn vrouw, een diplomaat, in Tunis en van 1996 tot en met 1999 in Harare, Zimbabwe. Hij heeft drie kinderen en woont in Haarlem.
Uitgeverij: Cargo
ISBN: 9789023488200
Aantal pagina’s: 362
Prijs: € 19,90
Prijs e-book: € 14,99
